Geld in uitvoering
Geld kunnen we daar wel zonder? Het ontwikkelen van een geldeconomie was een lange weg. Heel lang geleden konden we prima zonder geld. Wat we nodig hadden dat plukten we van een struik, schoten we uit de boom of hengelden we uit een beekje. Dat ging eeuwen goed. Maar zo af en toe ruilden we ook wel iets. Een flinke paling tegen een eend, een kilo graan tegen een kookpot.
Inhoud
Een goed ruilmiddel
De ruilhandel was niet erg praktisch meer toen mensen zich gingen specialiseren in een ambacht. Want hoeveel kippen vraag je voor een brood, of hoeveel potten voor een varken. Wanneer je dan hebt bepaald dat een varken, 10 potten kost, heb je die potten dan ook echt nodig? Het werd vrij ingewikkeld. Op dat moment hadden we een beter ruilmiddel nodig.
Geld werd een ruilmiddel
Zo’n ruilmiddel was geld. Geld is dan nog een ruim begrip, geen munten maar voorwerpen die een bepaalde waarde vertegenwoordigden. Dat zijn door de eeuwen heen schelpen geweest of zout, thee, kraaltjes, enz.. Dit was reuze handig, de kraaltjes hadden een vaste waarde en een bakker kon bepalen dat zijn brood vijf kraaltjes kostte. Met de ontvangen kraaltjes kon de bakker weer naar de smid of de kleermaker om dingen aan te schaffen.
Zo’n ruilmiddel moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen:
- Iedereen moet het ruilmiddel accepteren. Je moet met je kraaltjes overal kunnen betalen, je hebt niets aan een ruilmiddel waarmee je wel de groente kunt betalen maar de smid wil met iets anders betaald worden.
Bron: 422737, Pixabay
- Het moet moeilijk zijn om in heel korte tijd een enorme hoeveelheid van het ruilmiddel te maken of te vinden. Wanneer opeens heel veel kraaltjes worden gemaakt dan zijn de kralen die je in bezit hebt opeens veel minder waard.
- Het ruilmiddel moet niet kunnen bederven. Het ligt misschien wat voor de hand maar het ruilmiddel moet lang meegaan. Bederfelijke waren zijn geen goed ruilmiddel, ook voorwerpen die snel slijten zijn dat niet.
- Het moet in kleine hoeveelheden, veel waard zijn.
In deze special:
Tenslotte verdwenen de kraaltjes als ruilmiddel en gingen we munten maken. Al snel ontstaan de banken, de ‘munters’ (en de valse munters), de waardepapieren en krijgen we een echte geldeconomie. In deze special de geschiedenis van het geld. De opkomst van de banken, de ontwikkeling van de betaalpassen en nog veel meer.